De voordelen van het overstappen van vet vlees naar mager vlees
Voor veel mensen is vlees een van de voornaamste voedingsmiddelen in hun dieet. Het levert eiwitten en vitamine B12. Wanneer we vlees willen eten kunnen we uit een ruim aanbod kiezen. De keuze is afhankelijk van het dier en het deel van het lichaam waar het vlees vandaan komt. In dit artikel zullen we stilstaan bij de verschillen tussen vet vlees en mager vlees.
Wat zijn vette vleessoorten?
Vet vlees is vlees dat meer dan 10 procent vet bevat per 100 gram product. Naast het leveren van eiwitten, voegt dit vlees een grote hoeveelheid vet toe. Dit wordt echter niet voor ons lichaam aanbevolen. Daarom is het beter om mager vlees te kiezen. Zo kan men ervan genieten zonder een overmaat aan ongezonde vetten binnen te krijgen.
Vet vlees is afhankelijk van het dier en uit welk deel van zijn lichaam het vlees afkomstig is. Vet vlees wordt dus niet aanbevolen. Tot de vette vleessoorten behoren vooral de volgende:
- lamsvlees
- worst
- kip met huid
- t-bone steak
Een manier om dit vlees toch regelmatig te kunnen eten is door het overtollige vet en de huid te verwijderen. Ook is het gezonder om ze te grillen of in een oven te bakken. We zullen echter altijd de consumptie van mager vlees promoten.
Wat zijn magere vleessoorten?
Mager vlees is vlees dat minder dan 10 gram vet per 100 gram product bevat. Dit komt omdat het grootste deel van dit vlees uit spiervezels bestaat. Door hun lage vetgehalte zijn ze gezonder. Ze leveren namelijk de nodige eiwitten zonder dat ze een toename van het gewicht of het vetgehalte van ons lichaam veroorzaken.
Er zijn twee soorten mager vlees: wit vlees en rood vlees. Je hebt waarschijnlijk wel gehoord over deze twee soorten vlees, maar weet je echt wat het verschil is tussen deze twee soorten? We zullen het je uitleggen!
- Rood vlees: dit is afkomstig van runderen, kalveren, paarden, wild en sommige delen van het varken of het lam. Dit bevat hogere gehaltes aan vet en ijzer. Je zou dit hooguit een paar keer per maand moeten eten.
- Wit vlees: dit omvat vlees van kip, kalkoen, konijn en sommige delen van varkens- en lamsvlees. Ze bevatten minder vetten. Dit soort vlees kan tot drie keer per week worden gegeten.
Voordelen van mager vlees boven vet vlees
Zoals je hebt gemerkt is het eten van mager vlees de beste manier om een gebalanceerd dieet te handhaven. Daarmee zeggen we niet dat je vet uit je dieet zou moeten verbannen. Je dient het alleen maar te eten bij specifieke gelegenheden en met mate.
Naast het eten van mager vlees is het belangrijk om het op een gezonde manier te bereiden. Het is zinloos om mager vlees te eten als we het onderdompelen in ongezonde sauzen of het opdienen met dergelijke sauzen.
Daarbij is het belangrijk om te voorkomen dat er te veel brood wordt gegeten. Maar al te vaak eten we namelijk ook brood bij het vlees. Dit zijn enkele van de belangrijkste voordelen van de consumptie van mager vlees.
Voordelen
- Laag vetgehalte. Het belangrijkste voordeel van het vervangen van vet vlees door mager vlees is de afname van het vetgehalte dat je binnen krijgt. Vet wordt in verband gebracht met gewichtstoename. Dat kan leiden tot overgewicht of obesitas. Dit komt omdat dit de opvallendste effecten zijn van overmatige vetconsumptie. In de praktijk leidt een overmatige consumptie tot veel meer problemen, zoals het verhogen van het risico op een hartaanval, trombose of een andersoortig probleem.
- Het bevat geen suiker. Heel veel voedsel bevat suiker en dit is een echte kwelling voor diabetici. Maar dat is gelukkig niet het geval bij mager vlees. Ze hebben een laag vetgehalte en ze zijn suikervrij. Hierdoor zijn ze nog gezonder.
- Hoog vezelgehalte. De consumptie van mager vlees verbetert de darmdoorvoer en voorkomt problemen zoals verstopping. Het draagt ook bij aan de perfecte staat van de darmflora. Een dieet rijk aan fruit, groenten en mager vlees is belangrijk om spijsverteringsproblemen op een natuurlijke manier uit te bannen. Gebruik alleen geneesmiddelen wanneer je terugkerende problemen ondervindt die niet verbeteren bij een verandering in je dieet.